Al sinds de jaren zeventig wordt in het onderwijs gepraat over begeleid leren en stages (PGO) en duaal-leren (Duitsland). Maar echt serieus en succesvol implementeren, opnemen in curricula, resultaten meten en conclusies trekken heb ik eigenlijk nooit gezien. Het lijkt zo ideaal: direct toepassen wat je geleerd hebt en de problemen of vragen die in de praktijk ontstaan direct oplossen in de volgende lessen of individueel met je docent. Het lijkt op het doorwrochte Gilde-systeem uit de late Middeleeuwen: het meester–gezel principe.
Verbaast u zich daar ook zo over: Gymzalen vol vluchtelingen, verveeld zittend op de rand van hun bed. Vrijwilligers die zich daaromheen uit de naad lopen. Waarom helpen de vluchtelingen niet mee met het inrichten, onderhouden, schoonmaken, en eten koken? Maar toen ik van die verbazing bekomen was, bedacht ik…
Al jaren praten we over meer IT in de klas: zowel als hulpmiddel als ook als vak. Voor de kleintjes kan programmeren al spelenderwijs, zoals in het onderwijs van Finland bewezen is. Voor de oudere leerlingen kan het spannender d.m.v. de ontwikkeling van games, zoals in het onderwijs van Engeland wordt gedaan. In Nederland doen we het mondjesmaat en incidenteel en dan voornamelijk gefinancierd door private partijen. Naast de Stichting CA-ICT, die er tonnen in steekt, moet gedacht worden aan Nederland ICT, VHTO, Platform Bèta Techniek, ECP en nog veel anderen.